woensdag 14 juli 2021

De onbewoonbare aarde.............................. een boek wat eindelijk laat zien, wat ikzelf niet onder woorden kon brengen over de klimaatverandering ten gevolge van menselijke activiteiten op deze aarde..................... woensdag 14 juni 2021.

 In de Volkskrant van zaterdag 10 juli stond een artikel over een boek van David Wallace-Well.

Amerikaanse journalist die bekend staat om zijn geschriften over klimaatverandering. Hij schreef het essay "The Uninhabitable Earth" uit 2017, dat hij later uitbreidde tot het boek The Uninhabitable Earth uit 2019.  

Ik ben dat laatste boek gaan lezen en zie alleen maar herkenbare tekst van wat ikzelf al langer vermoedde.
Klimaatverandering is lang ontkent, ik probeer mijn kinderen al 10 jaar bij te brengen dat klimaatverandering er aan komt en voor hun een ramp zal zijn. Maar een paar jaar verder zie ikzelf al klimaatverandering optreden en merken we zelf de gevolgen al ! het gaat dus snel, erg snel.
Niet voor niets missen we al 70 % van de insecten ten opzichte van 20 jaar terug.


Als ik in de lente ( dit is het eerste jaar dat ik dit opmerk )  niet meer wakker word in de vroege ochtend van een kakofonie aan zang van de vogels..... dan is er wat aan de hand.
En meeste mensen denken alleen maar aan de stijging van de zeespiegel, terwijl klimaatverandering een ramp zal worden die de meeste mensen niet konden dromen.


Ik laat u nu een stukje lezen wat de opwarming van de aarde voor cascade aan versterkende effecten zal hebben aan klimaatverandering en vernietiging van het leven op aarde.
Het is niet alleen maar een stijging van de zeespiegel, er staat ons een ondenkbare ramp te wachten en het voorspel is al lang begonnen !!!




Het zal niet gaan om eenmalige, afzonderlijke gevallen van natuurgeweld – ook dat is een misvatting over het klimaat. Het gaat om kettingreacties: van het een komt het ander. Er zullen watervallen en lawines van verwoesting ontstaan, waarbij de aarde het steeds opnieuw zwaar te verduren krijgt, met toenemende intensiteit en op manieren die elkaar versterken en ons vermogen om adequaat te reageren ondermijnen.

Dat zal leiden tot de ontwrichting van een groot deel van het landschap dat we eeuwenlang als vanzelfsprekend hebben beschouwd, als het stabiele fundament waarover we lopen, waarop we huizen bouwen en wegen aanleggen, waarop we onze kinderen door hun schooltijd heen naar volwassenheid loodsen onder de belofte van veiligheid – en tot de ongedaanmaking van de belofte dat de wereld die we hebben geconstrueerd en opgebouwd, vanuit de natuur, ons ook tegen die natuur zal beschermen, in plaats van met het onheil samen te zweren tegen zijn makers.

Neem bijvoorbeeld die natuurbranden in Californië. In maart 2018 vaardigde de regio Santa Barbara orders tot verplichte evacuatie uit voor de inwoners van Montecito, Goleta, Santa Barbara, Summerland en Carpinteria, de plaatsen waar het vuur in december het hardst had toegeslagen. Het was in dat district in slechts drie maanden tijd de vierde evacuatieorder als gevolg van een klimaatgerelateerd verschijnsel, maar alleen de eerste was wegens brandgevaar.77 De andere waren vanwege modderstromen waartoe die branden hadden geleid. Een van de chicste gemeenschappen in de meest in het oog springende staat van het machtigste land ter wereld stond op zijn kop vanwege de angst dat de hobbywijngaarden en paardenstallen, de veelgeprezen stranden en de welvoorziene scholen bedolven zouden raken onder de modder, en dat de verwoesting net zo ingrijpend zou zijn als in de uitgestrekte kampen met in elkaar geflanste hutjes waar de uit Myanmar gevluchte Rohingya’s in de moessonregio van Bangladesh verbleven.78

En die angst werd bewaarheid. Er vielen meer dan een dozijn doden, onder wie een peuter die werd meegesleept door de van de berghelling af stromende modder en kilometers verderop in zee terechtkwam.79 Scholen moesten sluiten en doorgaande wegen raakten overstroomd, waardoor hulpverleners het gebied niet konden bereiken en de gemeenschap veranderde in een eiland op het land dat werd verstikt door een strop van modder.

Sommige kettingreacties zullen zich voordoen op wereldschaal – die zijn zo omvangrijk dat hun effecten ‘niet waarneembaar’ lijken, zoals men dat curieus genoeg pleegt te omschrijven.

Doordat de planeet opwarmt, smelt het noordpoolijs, met als gevolg dat er minder zonlicht wordt teruggekaatst en meer wordt geabsorbeerd door een planeet die zo nog sneller opwarmt, waardoor de oceaan minder co2 uit de atmosfeer kan opnemen en de planeet nóg sneller opwarmt.

Ook smelt dan de permafrost in het noordpoolgebied, waarin 1,8 biljoen ton koolstof ligt opgeslagen,80 meer dan het dubbele van wat er momenteel in de atmosfeer te vinden is. Een deel daarvan kan vrijkomen als methaan, een 34 maal zo krachtig broeikasgas als kooldioxide als je het over de duur van een eeuw beschouwt; over de duur van twee decennia is het 86 maal zo krachtig.81

Een warmere planeet is per saldo slecht voor de plantenwereld, wat ertoe leidt dat junglegebieden zo groot als een heel land en bossen die zo uitgestrekt zijn dat er vroeger hele volksstammen in leefden, steeds verder afkalven. Gevolg is een dramatische teruggang van het natuurlijk vermogen van onze planeet om co2 op te nemen en om te zetten in zuurstof, waardoor de temperatuur nog meer stijgt, waardoor er nog meer bos afkalft – enzovoort.

Bij hogere temperaturen doen zich meer bosbranden voor, waardoor er weer minder bomen overblijven om co2 op te nemen en er daarvan dus meer in de atmosfeer komt en de aarde nog meer opwarmt – enzovoort.

Een hogere temperatuur zorgt voor meer waterdamp in de atmosfeer en omdat ook waterdamp een broeikasgas is, leidt dat tot een nog hogere temperatuur – enzovoort. 

Warmer zeewater kan minder warmte opnemen, waardoor de lucht warmer blijft, en bevat ook minder zuurstof, wat slecht nieuws is voor het fytoplankton – dat hetzelfde in de oceanen doet als planten op het land: co2 omzetten in zuurstof – waardoor er meer co2 in de lucht komt, waardoor de aarde verder opwarmt, enzovoort.

Zulke systemen noemen klimaatwetenschappers ‘feedbacks’; er zijn er nog meer van. Sommige hebben juist een tegengesteld effect en remmen klimaatverandering dus af. Maar in verreweg de meeste gevallen versnellen ze de opwarming, als we ze eenmaal op gang brengen

 

Dit zijn nog maar twee bladzijden die ik laat zien.
Ik heb het boek ook nog niet uit, en zal er later meer over schrijven.
Tot nu toe dekt het alle denkbeelden die ik al had over de opwarming van de aarde.